Vraag een Terbreggenaar naar “De Zestienhuizen” en men zal u verwijzen naar dit rijtje huizen aan de Terbergse Rechter Rottekade. Zij kwamen tot stand in de jaren ’21-’22 van de vorige eeuw en het waren de eerste woningwetwoningen in Terbregge. De voorgeschiedenis was als volgt.
In 1920 werd een woningcorporatie opgericht onder voorzitterschap van de heer N.J. van der Valk; secretaris was de heer I.E. van der Kloot.
De naam luidde “Bouwvereniging Algemeen Belang”, zoals toen omschreven ……..met het bepaalde en uitdrukkelijk doel de verbetering van de Volkshuisvesting te Terbregge te bevorderen, en ging bij hare oprichting uit van de wetenschap, dat er ter dezer plaatse behoefte bestaat aan eenvoudige volkswoningen. Einde citaat.
Er werden daartoe 8 blokjes van 2 woningen gebouwd die “hygiënisch en geriefelijk waren ingericht”. De woningen hadden 2 slaapkamers op de zolderetage met daar tussen een ruimte die tot aan het dakbeschot reikte en een bruikbare kelderruimte als bergplaats. De stichtingskosten van het project is volgens de begroting van destijds fl. 110.490,= geweest, waarvan fl. 4.024,= voor grondaankoop. Merkwaardig zinnetje uit het bestek was, dat behalve de nodige kasten per woning 2 ledikanten getimmerd moesten worden. Uitvloeisel van het bedsteden tijdperk?
Het ging dus om woningen voor gezinnen met een beperkt inkomen. Dat van de potentiële huurders lag tussen de 1.330 en 1.600 gulden per jaar en op grond hiervan varieerden de huren van fl. 4,35 tot fl. 5.70 per week. Meer konden de huurders niet betalen. Dat betekende een tekort op de exploitatierekening van ca fl. 2500,= per jaar. Het tekort werd voor ¾ deel door het rijk en voor ¼ deel door de toenmalige gemeente Hillegersberg betaald. In de crisesjaren werd de huren verlaagd naar fl. 4,= per week.
In die tijd waren de gezinnen vrij groot. In 1923 woonde in een van de 16 huizen een gezin met 10 kinderen.
In 1935 kwam het tot uitbreiding van het woningbestand. Op verzoek van de gemeente nam de bouwvereniging de exploitatie op zich van 3 van 4 dubbele pandjes aan de Linker Rottekade die de gemeente had gekocht van de heer A.C. den Houter. (De zogenaamde witte blokjes).
Na de oorlog veranderden de woningen zowel van binnen als van buiten. In de nok van een aantal woningen werden vlieringen aangebracht en betimmerd om meer woonruimte te krijgen en er kwamen badgelegenheden en centrale verwarmingen in de huizen. De grootste verandering uiterlijk was de bouw van dakkapellen en de wijziging van de raamindeling aan de voorzijde van de huizen. Dat gebeurde in de jaren ‘70 en toen werden ook de aanwezige kapellen aan de achterkant vergroot. In die tijd zal ook de betimmering aan de westelijke zijgevels zijn aangebracht ter bestrijding van vochtige muren.
In 1960 ging de corporatie op in de andere Terbregse woningcorporatie “De Goede Woning”.