Op dit punt, waar de rijweg voor motorvoertuigen eindigt, begint rechts een eigen weg die door loopt tot aan "het blok". Oorspronkelijk liep dit pad verder tot aan de Terbregseweg.
Vanaf de jaren '20 van de vorige eeuw werd het hier een tuinbouwgebied.
De aanvankelijke teelt in de 'koude grond' maakte eerst plaats voor teelt onder 'plat glas' en later in opstaande kassen ook wel warenhuizen genoemd. Het pad diende als toegangsweg tot de tuinbouwbedrijven. In het pad lagen rails van een lorriespoor. De platte lorries werden gebruikt om de producten te transporteren naar de openbare weg.
Tegenover het pad was de Rotte voorzien van een loswal. Daar lagen platte schepen afgemeerd. Deze schepen, eigendom van de tuinders, waren jarenlang het transportmiddel om hun producten te vervoeren naar de veiling. Aanvankelijk was deze gevestigd aan het Noordplein en later aan de Zwaanshalskade. In 1953 verhuisde de veiling naar het bedrijventerrein aan de Boezembocht waar nu onder andere het politiebureau is gevestigd.
Vervoer over de weg werd noodzakelijk. Eerst gebeurde dat nog wel, net als elders, met paard en wagen, maar dat werd al snel verdrongen door vrachtauto's.
Tegen het einde van de vorige eeuw verdwenen de bedrijven geleidelijk aan. Zij waren niet meer rendabel te exploiteren, ook al omdat de bestemming van het gebied onzeker was (en is).
Omdat doorgang van Rottekade tot aan de Terbregseweg niet meer noodzakelijk was, werd het pad op een aantal plaatsen afgesloten.